vrijdag 9 juli 2010

Blank en rood.

Het was gisteren warm. En omdat een fris briesje vaak prettiger is om in te vertoeven dan een klamme huiskamer, vluchtte ik aan het einde van de dag met de vliegenhengel naar de waterkant. Aan een klein polderslootje moest het gaan gebeuren.















Een idyllisch Hollandsch plaatje. Een polderslootje, een paartje zwanen met jongen, wat ingebonden wilgen en een trampoline.

Verschillende brasems zwommen traag in groepjes heen en weer. Ik heb ze aangeworpen tot ik een ons woog. Met een redtag. Vervolgens met een muggenlarve-imitatie. Al had ik er slagroom op gesmeerd, ze blieften het niet. Wie er wel wilden waren een stel blankvoorns. Blankvoorns. De oervis. Tien tegen één dat het de eerste vis was die je op een klein stukje brood aan de haak ving als klein kind. Maar als vliegvisser had ik tot op heden nog niet aan dit oergenoegen mogen snuffelen. Sinds gisteren kunnen ook deze staalblauwe jongens echter aan het lijstje op de vlieg gevangen vissen worden toegevoegd.

















Vanavond wilde ik er ook weer op uit. Op één van mijn favoriete stekjes hier in de buurt zag ik vanaf de kant een leuke school rooie rijers schichtig door het ondiepe water cruisen, om af en toe af te remmen om her en der een vliegje van het water te snoepen. Met een ongeduldig enthousiasme tuigde ik op gepaste afstand m'n hengel op. Het had niet zo omzichtig gehoeven. Een jagende fuut gooide roet in het eten en de ruisvoorns waren verjaagd voor ik m'n eerste worp had gemaakt.

Dacht ik.

Na een uurtje werpen, waarin ik slechts een jonge winde van zo'n 12 cm mocht haken, besloot ik eens een ander gedeelte van het water te gaan proberen. Na een worp of drie was het raak. Tijdens het binnenstrippen van m'n nimfje kreeg ik er een dreun op alsof het snoek was. Hengel krom en een bonkende top. De vis in kwestie was echter niet groen maar goud. Met rode vinnen. En groot. Was dit een ruisvoorn? Ja, en een beste. Ik had van m'n leven nog nooit zo'n voorn gezien. Bonkend hield het dier zich staande aan het andere eind van mijn lijn en aangezien ik op een bruggetje stond en geen net bij me had vroeg ik me af hoe ik de vis in godesnaam moest gaan landen. De brug afklauteren en het water in dan maar. En zo geschiedde. Wat helaas ook geschiedde in dit proces was het slapvallen van de lijn, de voorn die wat in het water hangende braamtakken in zwom en de lijn daarin vast wist te draaien. Ik stond tot m'n knieën in het water en probeerde de lijn uit de takken te ontwarren. De vis gaf nog één goeie spurt en brak zo doende de lijn. Ik kon wel janken. Ging ik van m'n leven ooit nog zo'n ruisvoorn zien? De vis was zeker 35 cm lang en hoog als een gemiddeld bierglas. Glanzend gouden flanken en bloedrode vinnen. Ik wist dat er ruisvoorns bestonden van dergelijke klasse, maar ik had ze in heel mijn vissende leven nog niet in levende lijve mogen aanschouwen. De met pellets vetgemeste exemplaren uit het aquarium van Artis daargelaten. Het had 'm kunnen zijn. Het had gewoon gekund.

De avond werd gered door de vangst van een aantal baarsjes en onderstaande ruisvoorn. Die wel op een klassieke manier werd gevangen. Een kring in de oppervlakte wist ik perfect aan te werpen. Het direct strak lopen van de leader zorgte ervoor dat ik instinctief meteen aantikte en met een kromme top stond.
















Leuk, maar vanavond niet meer dan de troostprijs. Ik werd vanavond gewogen en te licht bevonden. Al zou je dat aan de hand van de foto niet direct zeggen, ik weet het.

Eerst die klote-octopus, en nu dit weer. Gelukkig ben ik niet bijgelovig. Heus niet. Echt niet.


3 opmerkingen:

  1. Ten eerste: MEGAcoole blog
    Ten tweede: Ben stiekum blij dat je 'm niet gevangen hebt. Kan ik niet verkroppen!:-)
    Ten derde: Ik heb het genoegen gehad om zeebaars op de 'vlieg'(naja.. een door haren geiimiteerd zandaaltje) te mogen vangen in Bretagne. Prachtig!
    Ten vierde: Ik kom zeer snel die kant 's op!

    BeantwoordenVerwijderen